vrijdag 5 december 2008

Redekunst in blogs, maar vooral daarbuiten


Zolang ik de waarheid niet weet over elk van de dingen waarover ik spreek of schrijf, zolang ik niet in staat ben van elk ding de eigen definitie te geven, zolang ik, na het geven van de definitie, de dingen niet weet in te delen in soorten, en wel zo dat verdere onderverdeling onmogelijk is; zolang ik eveneens betreffende de natuur van de ziel niet datzelfde inzicht heb en zolang ik voor elke natuur niet de bijpassende soort rede weet te vinden, zolang ik mijn redevoering niet zo weet op te stellen en te ordenen dat ik aan een complexe ziel ook complexe, alle toonsoorten omvattende redevoeringen, of aan een enkelvoudige ziel enkelvoudige redevoeringen kan bezorgen: zolang dat alles niet gebeurd is, zal ik niet in staat zijn - althans niet in de mate waarin dat uit de aard der zaak mogelijk is - het oratorische genre kunstvaardig te beoefenen, noch in zijn didactisch, noch in zijn overredend aspect. (Socrates)

80% van de bloglezers is op dit moment al lang vanhier weggevlucht.
Wegens overtreding van blogregels:
- het voorwerp van de beschouwing staat achteraan en niet in het begin
- de tekst is negatief geformuleerd
- de zin(nen) bestaan uit meer dan 15 woorden
- het tekstblok is langer dan vijf regels vóór de witspatie
- er staat meer dan één ondergeschikte zin bij de hoofdzin (waar staat die eigenlijk? Hier wordt zeker niet het schema OPA gevolgd - Onderwerp, Persoonsvorm, Al de rest.)
- en waar is de concrete formulering?

Plato citeer je dus beter niet als je je een druk bezochte blog wenst. Of je gebruikt tenminste niet de vertaling van X. De Win (1) (IV [Phaedrus] p.76), waar een volzin gemakkelijk een halve bladzijde kan beslaan, zoals in het Griekse origineel (2). Ideaal gezien, vanuit blogoogpunt, moet het woord- en zinsgebruik op het onderwijsniveau van 12- tot 15-jarigen staan. (3)

En toch gaat bovenstaand citaat ook over goed spreken en schrijven, zowel naar vorm als naar inhoud een weerspiegeling van Plato's opvatting dat deze vaardigheid maar verworven wordt door moeizame inspanning, vooral dan op intellectueel gebied. Je moet de waarheid weten voordat je je mond opendoet. Bijzonder streng was Socrates/Plato in dit verband voor Gorgias, de grote redenaar, die hij voor de voeten wierp dat zijn redekunst een lege doos was, een vaardigheid zonder eigen inhoud en slechts een instrument van vleierij. Woordenkramerij op zoek naar effect, zoals ook de redenaar Tisias, die verklaarde dat de ware overredingskunst op waarschijnlijkheid berustte, en dat je met waarheid geen succes kon scoren (het gaat hier wel over rechtszaken).

[Zijn 'klassieke' voorbeeld: Een kleine dappere man geeft een grote laffe man een pak slaag. De grote sleept hem voor het gerecht, maar de kleine argumenteert: "Is het waarschijnlijk dat ik, klein als ik ben, zo'n kolossale kerel afgerost zou hebben?" en wint het pleit, want iedereen vindt dit onaannemelijk.]

Verrassend is wel dat Plato in de latere dialoog Phaedrus heel wat milder lijkt te staan ten opzichte van de redekunst. Vóór het volgend fragment (p.78) stuurt Socrates Phaedrus naar huis met een boodschap voor diens vriend Lysias. Waarop Phaedrus:

PHAEDR. Maar jij? Wat ga jij doen? Want jouw boezemvriend mogen we ook niet vergeten. SOCR. Wie is dat? PHAEDR. De mooie Isocrates! Wat zul je hem als boodschap brengen, Socrates? En welke naam zullen we hem geven? SOCR. Isocrates is nog jong, Phaedrus. Toch wil ik je wel vertellen welke toekomst ik voor hem voorspel. PHAEDR. En welke is dat? SOCR. Het wil mij voorkomen dat hij, wat zijn natuurlijke begaafdheden betreft, te goed is om hem naar de maatstaf van Lysias' literaire verdiensten te meten; daarbij lijkt hij me edeler van karakter. Het zou me dan ook volstrekt niet verwonderen, als hij met de jaren zo ging uitblinken in juist dat literaire genre waar hij zich nu op toelegt, dat al de anderen die zich ooit met literatuur hebben beziggehouden naast hem kinderen zullen lijken. En evenmin, als deze zaken hem later niet meer zouden bevredigen en als een meer goddelijke aandrang hem tot hogere dingen zou brengen. Want, mijn vriend, er schuilt van nature een zekere begeerte naar wijsheid in de geest van die man. Wel, dat is dan de boodschap die ik uit naam van de goden van deze plaats overbreng aan mijn geliefde Isocrates; en breng jij je boodschap naar Lysias, jouw geliefde.

De redenaar Isocrates wordt nu (inderdaad) beschouwd als de grootmeester in het genre. Hij is sober, beheerst en coherent in zijn teksten, en weet een gedachte op een oneindig genuanceerde manier onder woorden te brengen. Hij is de schepper van de mooie volzin, de 'periode'.(4) Een voorbeeld heb ik op het net gezet, het is een tekst die ik wel eens in de klas las (fragment van een lofrede op de Atheners die, als enigen, de Perzen het hoofd geboden hadden) - eigenlijk niet te doen, dacht ik - en die, tot mijn verbazing, op de waardering van de leerlingen kon rekenen, zoals dat ook bleek te zijn met dit soort periodes van Cicero. Ze zagen ze als een uitdaging voor hun taalkennis, voelden zich aangesproken op hun intelligentie en hun vindingrijkheid bij het vertalen, hadden kortom helemaal niet de reactie die veel huidige taaldidactici hebben bij dat oude Latijn en Grieks, dat 'onverstaanbaar geworden is door zijn geconstrueerdheid'. Hún aanbevelingen wijzen zoals gekend naar taalgebruik dat geschikt is voor 'communicatie': niet te lang, weinig onderschikking, enfin, genre blog. 'Schrijftaal' mag blijkbaar niet meer.

Plato en Isocrates vallen heus wel te vertalen volgens blognormen. Maar dan mis je de meerwaarde van die prachtige volzinnen. En je laat diezelfde rijkdom, waarvoor het Nederlands even goed uitgerust is, maar dan op zijn eigen manier, onherroepelijk verloren gaan.

------------
1 Plato, Verzameld werk, Xaveer De Win, herziene uitgave 1999, Pelckmans Agora
2 Een gedeeltelijke vertaling van de Phaedrus vindt u ook hier.
3 Op deze engelstalige site kun je het moeilijkheidsniveau van een blog meten :-)
4 Ook op Isocrates’ evenwichtige en gepolijste taal is er kritiek gekomen, cfr. de beroemde uitspraak van Norden : "Marmorglatt aber marmorkalt".
.